Wat een enorme productiedrift heeft die Lewis Trondheim toch! De ene serie na de andere aanschouwt het daglicht. Nu zien wij in Nederland slechts het topje van de ijsberg - je zult Trondheim-fan zijn en in Frankrijk wonen! - maar dit jaar kan het ook bij ons niet op. Naast Donjon (met Joann Sfar) en Lieve Kerstman (met Thierry Robin) is nu bij uitgeverij Silvester het eerste deel van Kaput & Zösky verschenen. Het zijn twee nare ruimtewezens die het liefst planeten veroveren of verwoesten. Kaput is de meest destructieve van het stel en wordt - meestal tevergeefs - bijgestuurd door Zösky. De avonturen die het duo beleven, zijn van een aanstekelijke meligheid, neergezet in Trondheims kenmerkend prettig gestoorde stijl (en in een lekkere vertaling van Frits van der Heide). Al die pogingen om een planeet te veroveren, zijn natuurlijk gedoemd te mislukken. Wat dat betreft heeft de strip wel iets weg van De generaal, al zat die serie geraffineerder in elkaar en speelde Peter de Smet in op de actualiteit. Kaput & Zösky kent een voorpublicatie in Myx stripmagazine; de strip maakte zijn debuut echter in Striparazzi (samen met voorloper Sjosji de stripbladen die het Nederlands publiek kennis lieten maken met Trondheims producties). Uitgeverij Silvester heeft nu dus het eerste deel van deze amusante serie uitgebracht, in een omstreden vormgeving die sprekend lijkt op die van de Donjon-albums van uitgeverij M (zie Stripschrift 355). Los hiervan en van de constatering dat het gedurfd is om deze strip uit te brengen, heeft Kaput & Zösky een veel te luxe jasje aan. Een harde-kaftuitgave, met slechts 32 pagina's en een prijs van € 8,99 hoort niet bij deze publieksstrip. Kaput & Zösky leent zich juist voor een opvallend, afwijkend formaat: een A5-uitgave in slappe kaft met 48 pagina's zou bij voorbeeld passender zijn geweest. Waarschijnlijk mocht het niet van de Franse uitgever Delcourt, die eerder al een haast identiek deel in Frankrijk heeft uitgebracht.