Na een korte pauze komt Fritz van den Heuvel sterk terug met zijn zesde album, deze keer een onvervalste misdaadroman. Het beschrijft de laatste zaak van Lex Lenin, openbaar privé-detective, die vruchteloos tracht selfmade meester-misdadiger Frans Daders te 'klissen'. Uiteindelijk moet oude bekende Bob de Kerpel, gediplomeerd televisiesloper, eraan te pas komen om de zaak tot een bevredigend einde te brengen.
Zoals we van Van den Heuvel gewend zijn, is het album weer een aaneenschakeling van bizarre grapjes, spelletjes met stripconventies en zeer melige woordgrapjes, die gezamenlijk op miraculeuze wijze toch een samenhangend en goed te volgen verhaal vormen. Er zijn ongetwijfeld lezers die er niet tegen kunnen, maar als vorm blijft het totaal oorspronkelijk en voor de daarvoor gevoeligen een achtbaan van plezier.
Er zijn in dit album meer en betere grappen te vinden dan in het vorige, dat twee jaar geleden verscheen, en dat een beetje vermoeide indruk maakte. Aan de andere kant is het tekenwerk er helaas niet bepaald op vooruitgegaan, dat ziet er nogal gehaast uit. Ook de inkleuring zal geen prijzen in de wacht slepen. Dat is misschien te verklaren uit de mededeling achterin (waar Fritz van den Heuvel zich BIJNA UITGEPUT verklaart). We hopen dat hij het rustig aan doet, op iets moois willen we best wat langer wachten.
N.B. let bij aanschaf even op, er zijn misdrukken gesignaleerd.