Recensies

Wie Bert van der Meij volgt, weet dat zijn oeuvre een tweedeling kent, analoog aan zijn karakter. Zijn strips zijn serieus of humoristisch. Het tweede deel van Moesashi valt in de eerste categorie; De mussen en het tweede deel van De pinguïns in de tweede.
In Moesashi ontmoet Kodjiro volgen we de verdere ontwikkeling van de Japanse zwaardvechter Moesashi. Hij stelt zich op de hoogte van een aantal vechterstechnieken, komt op onverwachte momenten de geheimzinnige Kodi Kodjiro tegen die zeer vakkundig zijn zwaard hanteert, ontmoet oude bekenden en daagt de samoerai Hatasan uit tot een tweegevecht. Dit duel, waarbij beiden doodstil tegenover elkaar staan terwijl de sneeuw in dikke vlokken naar beneden dwarrelt, zou als climax niet hebben misstaan in een ouderwetse spaghettiwestern. Het tweede deel van Moesashi toont nogmaals aan dat Van der Meij graag verhalen vertelt met zo min mogelijk tekst en uitleg. De expressieve beelden spreken voor zich; de lezer wordt gegrepen door sfeertekeningen en vage connotaties. Wel is de consequentie van deze werkwijze dat Van der Meij veel pagina's nodig heeft om gebeurtenissen uit te beelden. Dit gaat ten koste van een evenwichtige karakter-ontwikkeling van de hoofdpersonen. Naar het waarom van hun handelen moet de lezer gissen. Deze onevenwichtigheid wordt versterkt door de beperkte tekenstijl van Van der Meij. De vele lege of karig uitgewerkte pagina's maken bepaalde situaties in Moesashi ontmoet Kodjiro er niet duidelijker op. Dit neemt niet weg dat Van der Meij's interpretatie van het stripgenre de moeite van het volgen waard blijft. Hij is één van de weinige striptekenaars in Nederland die de grenzen van de strip op een ongedwongen wijze verkent.
Zo zijn De mussen en De pinguïns geheel andere koek. Iedereen weet dat mussen brutale vogels zijn. Van der Meij kan hierover meepraten. Woonachtig in Katwijk aan Zee heeft hij gemerkt dat de vogels zeer gehaaid zijn in het wegkapen van versnaperingen van badgasten. Vooral strandpaviljoens vormen voor hen een uitstekend jachtgebied. Deze ervaringen heeft Van der Meij verwerkt in de gagstrip De mussen, waarvan de stroken voor een groot gedeelte in ZozoLala zijn verschenen. In drie plaatjes weet hij op uiterst humoristische en onconventionele wijze weer te geven hoe de strooptochten van de mussen verlopen. Zijn humoristisch talent blijkt uit de talloze visuele woordspelingen, de originele variaties op het thema, de silhouetten van badgasten (waarin we onder andere Van der Meij zelf, Lian Ong, Hitler, Ollie B. Bommel en de duivel herkennen) en de diverse details zoals de pan-uitgerezen drankprijzen (totdat het faillissement van het paviljoen erop volgt).
Ook in het tweede deel van De pinguïns speelt de visuele woordspeling een in het oog springende rol. Van der Meij voert telkenmale een groepje dominant aanwezige pinguïns op die met hun vleugels op de rug constant commentaar leveren op de dieren, mensen en dingen die aan hen voorbijtrekken. Dit levert fraaie resultaten op, zoals de walrus die door de pinguïns wordt afgeschilderd als een dier dat in het Russisch vraagt waar de walletjes zijn. Net als De mussen is De pinguïns een eigenzinnige humoristische strip waaraan de lezer, die bereid is zich in de hersenkronkels van Van der Meij te verdiepen, veel voldoening beleeft.
[De pinguïns: !!!!
[Moeshashi 2: !!!


RS



De mussen + De pinguïns 2 + Moesashi 2
Moesashi ontmoet Kodjiro

Bert van der Meij
Sherpa 1992
softcover
ISBN: 90-72995-61-9
softcover
ISBN: 90-72995-64-3
softcover
ISBN: 90-72995-63-5
48 pagina's
zwart/wit
Stripschrift 263

Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Privacy en voorwaarden Accepteer Weiger