Na acht jaar komt WéVé (alter ego van Willem Vleeschouwer,1950) met een nieuw verhaal van de jongens van de Spoorstraat. In 2001 gingen de kereltjes voetballen. Ditmaal draait alles om het verlangen van Razzo, Moxy, Lalopula en Kroeske naar de verleidelijke juffie Soesa. Razzo, de aanvoerder van het stel, laat haar poseren. Hij wil net als Leonardo da Vinci beroemd worden, met zijn 'Madonna met de spleetogen'. Handjes thuis, waarschuwt het model als hij met zijn kwassie te dichtbij komt. Razzo blijft gefrustreerd achter. Zijn raadgeefster, de heilige Maria, maakt het er niet beter op. Olijk lachend leert ze hem dat wie de hemelpoort van een vrouw wil beroeren, in zijn buidel zal moet tasten.
Ook de maatjes van Razzo ontdekken dat ze met een geschilderde spleet makkelijk grof geld kunnen verdienen. Zonder model gaan ze zelf aan de slag. De man die vieze plaatjes zoekt, jaagt de pubers weg. Gelukkig betaalt een kunstkenner onverwacht veel voor het werk ‘De spleet’. Zo krijgen de jongens toch nog geld om hun ‘nachtzuster’ te bezoeken.
Vleeschouwer is illustrator, af en toe maakt hij een stripje. Hij tekent in een prachtige, herkenbare stijl. De zwart/wit-tekeningen met een klare lijn zitten vol vaart. Tekenaar WéVé verdient een betere tekstschrijver. Als striptekenaar ging WéVé, ook in zijn De Waarheid-tijd al nooit erg de diepte in. De geheime spleet is platter dan plat.