In de reeks Getekend verscheen het album Little Tulip van de hand van François Boucq (tekeningen) en Jerome Charyn (scenario). De twee werkten eerder samen bij de totstandkoming van de boeken Duivelsmond en De vrouw van de tovenaar. Little Tulip is het schokkende relaas van de New Yorkse tekenaar Paul (Pavel) die in zijn levensonderhoud voorziet met het zetten van tatoeages en het maken van compositietekeningen voor de politie. Hij is daar zeer bedreven in en slaagt er meestal in om een goedgelijkend portret te produceren. Uit de flashbacks blijkt dat Pavel op zijn zevende, toen hij in Moskou woonde, samen met zijn ouders naar de Goelag is gedeporteerd. Gescheiden van de laatsten weet hij, onder constante dreiging door sadistische bewakers en almachtige bendeleiders, door zijn tekentalent te overleven. Na de dood van Stalin lopen de kampen leeg en komt Pavel met een vals paspoort in New York terecht. Little Tulip (de kampnaam van Pavel) is stevige kost; de vechtscènes, de verkrachtingen en de moorden, zowel in het kamp als in de achterbuurten van New York, worden door Boucq uiterst beeldend neergezet. Charyn heeft er een boeiend scenario van gemaakt met toch een minpuntje. Het is niet erg voor de hand liggend dat Paul en het ergste tuig uit de Goelag in New York ongeveer om de hoek wonen.