Recensies

Onconventionele oorlogsstrip

Uitgave
'Godallemachtig, hoe denk je wat pakkends te maken van zoiets statisch als de loopgravenoorlog'. Dat riep tekenaar Joe Colquhoun uit toen hij van zijn uitgever de opdracht kreeg om te gaan samenwerken met scenarist Pat Mills aan een nieuwe vervolgstrip onder de titel Charley's War. De Britse uitgeverij IPC wil in de jaren 1970 met dit verhaal het jongensblad Battle Picture Weekly een nieuwe oppepper geven. Met het aantrekken van Mills neemt IPC een risico, want hij staat bekend als een extravagante, tegendraadse vernieuwer die niet de gebaande paden volgt. De sceptische Colquhoun is echter al snel overtuigd van de kwaliteiten van Mills en verbeeldt de scenario?s in scherp gedetailleerde zwart/wit-tekeningen. Vanaf het moment dat Charley's War verschijnt in Battle Picture Weekly is het een succes. Dat is terug te zien in de verkoopcijfers van het blad en aan de ingezonden brieven naar de redactie. Jonge lezers zijn geboeid door de verhalen; oorlogsveteranen complimenteren de makers met de historische accuratesse en de goed getroffen sfeer van de verhalen. En dat terwijl Charley's War zich onderscheidt van de gangbare oorlogsstrips. De teneur is grotendeels anti-oorlog en anti-establishment. Het is geen heldenepos waarbij de hoofdpersoon beschikt over bijzondere kwaliteiten of krachten. Charley is letterlijk een eenvoudige boerenlul van simpele komaf. Dat wordt extra benadrukt door de bijzonder knullige kattenbelletjes die hij naar huis stuurt en waar elke aflevering mee begint. Mills zelf heeft niet veel op met oorlogsliteratuur en films die uitgaan van het adagium 'Oorlog is hel en wordt gevochten door helden', zoals bij voorbeeld in Apocalypse Now en Full Metal Jacket. Hij laat zich inspireren door de film Im Westen nichts Neues naar het boek van Erich Maria Remarque. De belevenissen van een peloton gewone jongens die soldaat zijn tegen wil en dank. Mills schroomt ook niet om nevenpersonages te laten sneuvelen. Alleen Charley overleeft zijn eigen avonturen vanzelfsprekend. Ondanks het succes van de strip blijven de budgetten laag. Battle Picture Weekly is een uitgave in het goedkope segment, gericht op een doelgroep die weinig heeft te besteden. Voor Colquhoun is het bijna een fulltime job om wekelijks de vier (later drie) pagina?s te tekenen. Hij houdt er een schamele boterham aan over. Mills kan het werk combineren met andere opdrachten, maar de strip kost hem veel werk vanwege het onderzoek dat hij doet. Mills wil alleen historisch verantwoorde verhalen schrijven. Omdat de uitgever hier niet meer geld voor wil vrijmaken voelt hij zich genoodzaakt om een eind te breien aan het verhaal. In 1985 be?indigt Mills de avonturen van Charley. Het is inmiddels 1933; Hitler heeft de verkiezingen gewonnen. Het verhaal wordt opgepakt door Scott Goodall en Charley gaat de Tweede Wereldoorlog in. Maar ondanks het onge?venaarde tekenwerk van Colquhoun blijft het niveau ver achter bij eerdere episodes. Al in 1986 komt er een definitief einde aan Charley's War. Een jaar later overlijdt Joe Colquhoun aan een hartaanval, net 63 jaar oud. Nu, tien jaar na de Engelse boekuitgave, is de complete bundeling van de eerste episode van de strip in Nederlandse vertaling uitgegeven door Just Publishers met hulp van uitgeverij Hum! (Phil?mon, Tex Willer). Het eerste deel van Charley's oorlog beslaat de periode van 2 juni 1916 tot 1 augustus 1916. De slag aan de Somme. E?n van de belangrijkste wapenfeiten van het Britse leger in de Eerste Wereldoorlog en tevens de grootste nederlaag die er ooit werd geleden, afgemeten aan het enorme aantal verliezen: 60.000 man op de eerste dag! A day to remember... Het eerste deel is inmiddels officieel uitverkocht en wordt herdrukt; deel twee komt deze zomer. De bundel wordt ingeleid door het ietwat zure commentaar op de serie door Pat Mills zelf. Hij wijt het sneuvelen van zijn geesteskind aan het subversieve karakter ervan. Uiteindelijk was de moral majority niet gediend van een strip met een zodanig anti-oorlogs en anti-kapitalistische signatuur, aldus Mills. Zo gezegd is er in zijn ogen niets veranderd sinds de tijd van Charley Bourne. Nog steeds wordt de maatschappij gedomineerd door de upper class. Moderne oorlog maakt de armen armer en de rijken rijker. Zonen van Amerikaanse congresleden vochten niet in Irak. Mills vergist zich hier wel enigszins. De vier zonen van voormalig president Roosevelt trokken ten strijde in 1917. Quentin, de jongste, sneuvelde als piloot in 1918 ter hoogte van Cambrai. Hij staat vereeuwigd op het monument bij Navarin.

TL



Charley's oorlog ? 2 juni 1916-1 augustus 1916

Colquhoun, Jow Mills, Pat
Just Publishers 2014
hardcover
ISBN: 978-90-8975-340-3
Prijs: € 24,95
112 pagina's
zwart/wit
Stripschrift
Op deze site worden cookies gebruikt, wilt u hiermee akkoord gaan?
Privacy en voorwaarden Accepteer Weiger